Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar, gelijk wij van God [10]beproefd zijn geweest, dat ons het Evangelie zou [11]toebetrouwd worden, alzo spreken wij, niet als mensen behagende, maar Gode, Die onze [12]harten beproeft. 10. Dat is, bekwaam gekeurd, of geacht zijn, dat is, proefbaar of bekwaam gemaakt zijn. Zie Hand.9:15; 2 Kor.3:5, 2 Kor.3:6; Gal.1:15, Gal.1:16, enz. 11. Dat is, bevolen, of bij ons in bewaring gelegd worden, om hetzelve naar Gods wil aan anderen uit te delen. Zie 1 Kor.4:1, 1 Kor.4:2; 2 Kor.5:19; 1 Tim.1:11 12. Het woord beproeven wordt hier een weinig anders genomen dan hiervoren, namelijk voor onderzoeken of kennen, gelijk de oprechtheid des gouds door vuur beproefd en gekeurd wordt.